Frank De Winne en zijn crew zijn aangekomen op hun bestemming. Hun Soyuz koppelde om 14u34 probleemloos aan het ruimtestation na een reis van 2 dagen. Rond 16 uur begroetten de bemanningsleden van beide ruimteschepen elkaar en gaven een persconferentie. Samen vormen ze de eerste zeskoppige bemanning van het ISS.
Gedurende de eerste vier maanden van de OasISS-missie is De Winne vooral bezig met het uitvoeren van experimenten. In oktober wordt hij als eerste Europeaan commandant van het ruimtestation.
Mooi volgens plan is op woensdag 27 mei om 12.34 uur (onze tijd) vanaf de Baikonoer Kosmodroom in Kazachtstan onze landgenoot Frank De Winne met een Russische Soyuz-raket gelanceerd op weg naar het internationale ruimtestation ISS. Aan boord bevinden zich naast ESA-astronaut De Winne ook de Russische kosmonaut Roman Romanenko en astronaut Robert Thirsk van het Canadian Space Agency.
Normaal gezien heeft de Soyuz TM-15 tegen vrijdagmiddag (29 mei) ISS ingehaald en kan begonnen worden aan het aankoppelingsmanoeuvre. De ‘docking’ is voorzien om 14.36 uur (onze tijd).
Vijf ruimtewandelingen waren er voor nodig die in totaal 36 uur en 56 minuten duurden, maar de klus is geklaard: twee nieuwe wetenschappelijke instrumenten werden toegevoegd, twee andere werden hersteld, voorts werden een aantal defecte onderdelen vervangen en ook de computerhardware werd onder handen genomen (voor meeer details klik hier). Resultaat? Hubble is beter dan ooit tevoren en kan er zonder rampspoed weer stevig tegenaan tot minstens het jaar 2014.
Als alles volgens plan verloopt wordt ESA-astronout Frank De Winne samen met de Canadese astronout Robert Thirsk en de Russische kosmonaut Roman Romanenko op woensdag 27 mei om 12.34 uur (onze tijd) vanaf de Baikonoer Kosmodroom in Kazachtstan met een Russische Soyuz-raket (vlucht 19S - Soyuz TMA-15) gelanceerd op weg naar het internationale ruimtestation ISS. Voor onze landgenoot begint dan een avontuur van maar liefst zes maanden in de ruimte, en deze missie krijgt als naam OasISS.
Update 12/05/2009
De lancering van Space Shuttle Atlantis vanop het Kennedy Space Center in Florida is volgens plan verlopen. Normaal komt Atlantis in de loop van woensdag bij de Hubble Space Telescope aan, in de tussentijd controleren de astronauten of het hitteschild bij de lancering niet beschadigd werd en of alle onderdelen en instrumentarium normaal functioneren met het oog op het verdere normale verloop van de ruimtevlucht.
Op donderdag 14 mei zal, als alles volgens plan verloopt, de ESA twee belangrijke satellieten, Planck en Herschel, met een Ariane 5 raket lanceren vanaf het lanceerplatform in Frans Guyana. Het is de bedoeling om met één raket gelijktijdig twee satellieten de ruimte in te sturen. De lancering werd eerder al uitgesteld om de ESA toe te laten de software waarmee de telescopen vanaf de Aarde worden bestuurd, beter te testen.
Bij het vallen van de nacht op 15 maart, bij ons was het toen reeds na middernacht de dag erop, vertrok Space Shuttle Discovery met bijna een maand vertraging dan toch naar het ISS ruimtestation. Aan boord bevindt zich de S6 truss, het laatste stuk van de grote balk van het ISS met 2 zonnepanelen.
Als alles goed gaat lanceert de NASA vrijdag 6 maart om 10.48 uur ’s avonds in Florida - het is dan in ons land 4.48 uur in de ochtend van zaterdag 7 maart - een satelliet met de naam Kepler.
Dinsdagavond (10 februari, 16h55 GMT) zijn er -hoog boven Siberië- twee kunstmanen catastrofaal met elkaar gebotst.
Het ging om één Iridium-communicatiesatelliet, en een oude Russische Kosmos.
De Iridiums (het ging om nummer 33) vormen een wereldomspannend netwerk, bedoeld voor satelliettelefonie. Gelukkig zijn er een paar "reservesatellieten", zodat het verlies van nummer 33 geen gevolgen schijnt te hebben voor de werking van het netwerk.